De Moezel
Het deel van de Moezel dat door Duitsland stroomt, wordt onderverdeeld in:de Onder-Moezel (tussen Koblenz en Cochem)
de Midden-Moezel (tussen Cochem en Schweich)
de Boven-Moezel (tussen Schweich en Trier)
De rivier
De Moezel stroomt in grote lussen van zijn oorsprong in de Vogezen in Frankrijk naar zijn doel, de Rijn, noordelijk van Koblenz. Het water stroomt ook nog door Luxemburg en vormt zo een gedeelte van de grens met Duitsland. De Moezel ontspringt bij de Col de Bussang in de Vogezen op ca. 735 meter hoogte en mondt na 544 kilometer uit bij Koblenz in de Rijn. Vanaf Trier legt de Moezel een traject af wat bekend staat om zijn vele bochten. Dit gedeelte van de rivier wordt ook wel het Moezeldal of Moezelvallei genoemd en vormt de scheiding tussen de middelgebergten De Eifel en Hunsrück.De geschiedenis
Tussen Trier en Koblenz slingert de Moezel door een romantisch wijnlandschap met groene stijle hellingen. Dit dal of vallei is het mooiste gedeelte van deze 544 km lange rivier. Na elke bocht zijn idilisch gelegen wijndorpen met prachtige huisjes en wijngaarden volop te vinden. Het Moezeldal is wereldberoemd door de bekende wijnen die er vandaan komen en kent een eeuwenoude rijke cultuurgeschiedenis die terug gaat tot de Romeinse en Keltische tijd. De Romeinen waren het die de basis hebben gelegd voor het prachtige en tevens oudste wijnlandschap van Duitsland. Het milde soms bijna mediterrane klimaat in combinatie met de leistenenbodem van de hellingen maken het tot een idieale plaats waar de druivensoorten uitstekend groeien. Alles draait hier om de wijn. Zelfs het meest kleine Moezeldorpje heeft zijn eigen wijnfeest omlijst met de nodige Folklore. De vele wijnproeverijen, en wijncafes nodigen uit om de beroemde wijnen en de regionale gerechten te komen proberen. Als een groene lappendeken liggen de wijnvelden aaneengesloten langs de Moezel. In dit unieke Moezel wijnlandschap zijn de sporen van de vroegere bewoners ruimschoots te vinden. Overblijfselen uit de tijd van de Germanen,Kelten en Romeinen zijn op diverse plaatsen in de vallei goed bewaard gebleven. De periode ten tijde van de middeleeuwen uit zich in de tientallen burchten en kastelen die langs de rivier te vinden zijn. Burg Elz en Burg Cochem behoren tot de meest beroemde en unieke bewaard gebleven burchten van Duitsland.De wijn - Het Rieslinggebied 'par excellence'
Hoewel de wijnen uit de Romeinse tijd naar alle waarschijnlijkheid nauwelijks te vergelijken zijn met de levendige, fruitige rieslings van tegenwoordig, laat alleen al de tweeduizend jaar oude wijncultuur zien, welke natuurlijke voordelen de Moezel tot rieslinggebied par excellence maken. De kleine langzaam rijpende riesling druiven gedijen op diverse bodemtypes, van loss tot graniet en van kalkhoudend tot vulkanisch. De `ultieme' rieslingbodem is toch die met leisteen, in het Duits Schiefer genaamd. Het leisteengebied bij uitstek is Mosel-saar-Ruwer. Van de leisteenbodem die tevens warmte vast houdt en rijk is aan mineralen krijgen de rieslingdruiven de elementen die de wijn zijn uitgesproken smaak en uniek mineraal karakter geven. De meest voorkomende variant is de (donkergrijze) Blauschiefer, gevolgd door Rotschiefer.Aan de Boven-Moezel, wordt hoofdzakelijk Elbling op zogeheten Muschelkalk-bodems geteeld. Deze druif levert een uitstekende basis voor sekt of een ongecompliceerde doordrinkwijn. De Muller-Thurgau, in de droge versie vaak Rivaner genoemd, onderscheidt zich door zijn vroege rijpheid. Riesling staat bekend als een lastige druif. Hij rijpt laat en vraagt daarom om de best denkbare locaties met goede beschutting en veel zon. Daar staan ook positieve zaken tegenover, zoals koude bestendigheid dankzij zijn taaie hout en een potentieel genereuze opbrengst. Het is alleen raadzaam om daarvan geen misbruik te maken; ± 50 hectoliter per hectare is wel de limiet voor wie grote wijnen wil maken. Onder de witte rassen is riesling wat pinot noir bij de blauwe is: de variëteit die als geen ander de minste of geringste nuances in terroir weerspiegelt in de wijn. En een zo vanzelfsprekende druif voor grote wijngaarden dat vermelding ervan op het etiket eigenlijk niet zou hoeven, al gebeurt dat wel. Hoewel Riesling evenals pinot noir vrijwel nooit geassembleerd wordt c.q. hoeft te worden, kun je moeilijk van een cepagewijn spreken. Kenmerkend voor Duitse riesling is een langzame rijping. De pluk vindt meestal pas plaats vanaf half oktober en gaat door tot ver in november. Dit biedt de mogelijkheid om door selectief te oogsten diverse typen wijn uit een enkele wijngaard te maken, van lichtvoetig en droop, tot intens en edelzoet. Riesling biedt een beleving op het scherpst van de snede. Hij kan groots zijn, maar even zo goed ook teleurstellend. Want onverbiddelijk de minste of geringste tekortkoming wordt als het ware uitvergroot. Onrijpe zuren, gebrekkige hygiëne in de kelder, je proeft het meteen. Rijpheid is van essentieel belang voor de vorming van fijne wijnsteenzuren; onrijpheid resulteert in scherpe appelzuren. Zuren in Riesling zijn dus niets om bang van te zijn, mits van de goede soort. Een beetje functionele restsuiker ter compensatie kan geen kwaad, zeker niet in koele noordelijke gebieden met uitgesproken zuren. Wat primair telt is balans. Dat wijn gemaakt wordt in de wijngaard is een cliché, maar voor riesling gaat dat toch wel aardig op. Riesling vraagt in de kelder enkel om een koele, reductieve vinificatie zonder malolactische gisting (biologische zurenafbouw). De wijn is per definitie houtvrij. Riesling en hout staan namelijk op gespannen voet met elkaar. Gebrand nieuw hout althans, zoals dat internationaal te pas en te onpas in de vorm van barriques of snippers gebruikt wordt. Riesling hoeft niet gearomatiseerd te worden. Waar hij wel bij gebaat kan zijn, is vergisting en/of lagering op foeders van hout dat geen aroma's meer afgeeft. Het materiaal dient dan enkel om de wijn een gedoseerde oxidatie te geven en de zuren wat af te ronden. Riesling biedt een unieke combinatie van elegantie en complexiteit. Kenmerkend voor goede Riesling is het ongeëvenaarde samenspel tussen zuren. fruit en mineralen. Het is een wijn met mineraliteit. Een beetje Riesling geeft zich zelden direct, maar moet rijpen om de aanvankelijke agressiviteit in de zuren kwijt te raken en om zijn aroma's te ontwikkelen. Dat geldt met name voor droge varianten. die pas na een jaar of twee, drie het stadium bereiken waarin ze zich in hun volle glorie laten bewonderen. Wanneer deze wijnen echter een jaar of tien oud zijn, hebben ze behoudens een enkele uitzondering niet veel meer te winnen bij rijping. Restzoete versies zijn in principe al vrij snel genietbaar, maar kunnen desgewenst wel tientallen jaren rijping aan. Het zijn juist deze wijnen die door langdurige rijping dat klassieke rieslingboeket ontwikkelen.
De Midden-Moezel is als hart van de streek gezichtsbepalend voor het klassieke beeld van het wijnbouwgebied als geheel. Tussen Schweich en Punderich kronkelt de Moezel door hellingen met druivenstokken.
De Onder-Moezel sluit hierop aan. Hier groeien op steile terraswijngaarden opmerkelijke wijnen. Ijswijnen en trockenbeerenauslesen van Mosel-Saar-Ruwer, behoren tot de duurste specialiteiten ter wereld. Veel innovatieve en kwaliteitsbewuste wijnboeren, dragen ertoe bij dat het beeld van de Rieslingwijnen opnieuw glans krijgt ondanks dat de exploitatie door het grote aantal steile hellingen duurder is dan in vrijwel alle andere wijngebieden. Het is allang niet meer alleen maar lieblich wat men vandaag de dag maakt, door de grotere vraag naar drogere wijnen, heeft men ook hier de bakens verzet. De Trocken en Halbtrocken wijnen die hier vandaan komen kunnen zich meten met de beste witte wijnen uit andere wijnlanden en vinden steeds meer liefhebbers. Ook rood is in opmars langs de Moezel o.a. de Dornfelder wordt in rap tempo aangeplant en geeft een goede droge wijn.